Interview met Mokhallad Rasem over Romeo & Julia

That crazy little thing called love! Shakespeare’s Romeo & Julia is inspiratiebron voor een bijzondere ode aan de liefde die de grenzen van leeftijd en cultuur overstijgt, in een regie van Mokhallad Rasem.

Je hebt  de voorbije seizoenen drie voorstellingen gemaakt  over  de oorlog  in Irak: Irakese geesten, Monde.com en Caligula. Is de keuze voor  Shakespeares Romeo en Julia een breuk  hiermee?

De oorlog is niet voorbij voor mij. Zo eenvoudig is dat niet. Ik neem  wel een  beetje afstand,  dat is juist. Ik concentreer me op andere thema’s. Al kan je natuurlijk zeggen dat liefde ook een  soort van oorlog is, een  oorlog van en met gevoelens.  De emoties  zijn de kogels die op de andere persoon afgeschoten worden.  Het is vanuit dat perspectief dat ik het drama van Shakespeare wil bewerken.

 

Gebruik  je Romeo en Julia vooral  als thema, zoals je dat  ook deed met Caligula van Camus?

Ik vertrek  altijd vanuit bestaande teksten  en concentreer me op een  thema.  Met dat thema bedoel ik de essentie. Ik ga niet het verhaal van Romeo en Julia vertellen.  Eigenlijk kent iedereen dat. Twee  rivaliserende families en een  verboden liefde. Dat verhaal is voor mij achtergrond en inspiratie.

 

Wat is voor  jou de essentie van Romeo en Julia?

Romeo en Julia staat in de wereldliteratuur voor het ideaal van de romantische  liefdesrelatie.  Als die liefde aanwezig is, dan vallen alle obstakels weg. Iedere  cultuur en elke tijd heeft  zijn Romeo- en-Juliaverhaal. Je vindt overal parallellen. Het is voor mij een  zeer bijzonder thema omdat het zo universeel is. Iedere  cultuur heeft onderdrukkingsmechanismen wat de liefde betreft.

 

Je legt nu de nadruk  op de gelijkenissen tussen  de romantische liefdesbeleving in verschillende culturen, maar er zijn ongetwijfeld ook grote  verschillen?

Absoluut. De romantische  liefde is cultureel erg gecodeerd. Zo is in bepaalde culturen oogcontact erg belangrijk, terwijl het in andere culturen  zoveel mogelijk vermeden wordt. Er zijn verschillende  opvattingen  over gemengde huwelijken of over de maagdelijkheid.

 

Spelen  die verschillende codes een  rol in je enscenering?

Die codes  zijn natuurlijk wel aanwezig, maar ik wil geen simpel verhaal vertellen over Oost en West.

 

Hoe gaat het  script  eruit  zien?

Ik ga niet vertrekken van de tekst van Shakespeare, maar vanuit de liefdespoëzie. In de Arabische cultuur is de poëzie  zeer tastbaar aanwezig. Een artikel of een  lezing begint vaak met een  citaat uit een  gedicht om het thema aan te geven.  Poëzie geeft een  heel ander  perspectief. Poëzie is open  en kan op veel manieren  geïnterpreteerd worden.  Ik wil liefdespoëzie uit de hele wereld gebruiken.  Ik wil alle momenten in de liefde – verlangen, extase, ontgoocheling, jaloezie, woede,… – via poëzie uitdrukken.  Het zal een  voorstelling worden  vol kleine verhalen  met voortdurend wisselingen van atmosfeer en stemming. Muziek zal daarbij ook een  grote rol spelen.  Ook hier denk ik aan een mengeling van westerse en Arabische muziek.

 

Wat is het  grote  verschil tussen  bijvoorbeeld de westerse en de Arabische liefdespoëzie?

Het Arabisch is een  zeer rijke taal met ontzettend veel synoniemen. Ik moet het woordenboek gebruiken om sommige gedichten te lezen. Arabische woorden kunnen  ook veel betekenissen hebben. Dat maakt een  complex retorisch  spel mogelijk. Sommige dichters kunnen  enkel gelezen  en begrepen worden  door specialisten.

 

Met welke  acteurs ga je werken?

Ik wil met drie koppels werken,  van drie verschillende  generaties: twee  kinderen,  twee jongvolwassenen  en een  ouder  koppel. De liefde kent geen leeftijd. Iedereen kan op elk moment in zijn leven verliefd worden.  Maar iedere leeftijd drukt de liefde wel op een  andere manier uit. Die drie koppels zijn voortdurend aanwezig. Misschien zijn het ook drie stadia van hetzelfde koppel. Ik wil niet enkel met acteurs  maar ook met dansers werken.  Het jongvolwassen koppel bestaat wellicht uit twee  dansers.  De uitdrukking van de liefde duwt ons naar de grenzen  van de taal. Soms krijgen we dat gevoel niet meer in woorden uitgedrukt: de onrust, het verdriet,  het verlangen. Dansers kunnen dat met hun lichaam uitdrukken. De poëzie  wordt hier fysiek. Tenslotte  wil ik ook werken met mensen van verschillende  culturele achtergrond. Ik hou heel erg van het gebruik van verschillende  talen op het toneel. In de drie koppels meng ik dus leeftijden, culturen,  talen en disciplines.

 

Heb je al ideeën over  een  scenografie?

Laat me antwoorden met een  verhaaltje.  Toen ik vorig jaar op bezoek  was in Irak wees mijn moeder op een  oude  kapotte auto in de buurt van ons huis. Het was de auto van een  koppel dat intussen gestorven  is. Mijn moeder vertelde me hoe  die auto haar voortdurend herinnert  aan de liefde tussen die twee  mensen  die altijd samen gingen rijden. Ze zaten  altijd samen in de auto,  op weg naar het park, op weg naar het restaurant. Dat verhaal heeft  me heel erg geïnspireerd. Het vertrekpunt van de scenografie  wordt een  auto. De auto is een  plek van vrijheid, autonomie, avontuur  en intimiteit. Alles wat je wil als koppel. Ik stel me een  soort auto voor in het midden van het podium die zich kan transformeren tot slaapkamer, tot zitkamer, tot restaurant, etcetera; allemaal plekken die een  rol spelen  in het leven van een  koppel.

 

interview door  Erwin Jans

Ook interessante producties: